Noordoostpolder

De fracties van SP, PvdA-GroenLinks en D66 uit de gemeente Noordoostpolder zijn kritisch over de extra emissieruimte voor stikstof die het PAS (Programmatische Aanpak Stikstof) biedt voor de veeteelt in de Noordoostpolder. Afgelopen vrijdag maakten zij gezamenlijk hun visie kenbaar aan wethouder Haagsma. Aanleiding is een bestuurlijk overleg van 23 maart tussen provincie Flevoland, de gemeenten en LTO hierover. De partijen maken zich niet alleen zorgen over de ecologische effecten van de stikstofemissie, maar ook over de ontwikkelingsruimte voor andere bedrijven.

De uitstoot van stikstof moet in Nederland flink dalen om te voorkomen dat Natura2000 gebieden verder achteruitgaan, zo stelt de Europese Unie. Via de PAS probeert het Rijk om deze stikstofuitstoot naar beneden te brengen. Daarbij geven ze tegelijkertijd emissieruimte vrij voor nieuwe economische activiteiten.

De provincie heeft het Rijk verzocht een deel van deze emissieruimte te reserveren voor de groei van de veeteelt in Flevoland. Voor de nabij gelegen Natura2000 gebieden De Wieden en De Weerribben kan dit leiden tot een aanzienlijke toename van de stikstofemissie in de Noordoostpolder.

SP, PvdA-Groenlinks en D66 geven in hun reactie aan dat de emissieruimte die nu voor de veeteelt wordt gereserveerd ten koste kan gaan van ontwikkelingsruimte van andere bedrijven in de Noordoostpolder. Zij wijzen er op dat de totale emissieruimte beperkt is en dat de veeteelt op deze wijze daar een behoorlijke hap uit neemt.

De partijen geven verder aan extra sturing op de ontwikkeling van de veeteelt in de Noordoostpolder te willen. Dit is volgens hen noodzakelijk om te komen tot een duurzame landbouw. Wim van Wegen (D66): 'In samenwerking met LTO moeten we werken aan een nieuwe gezamenlijke visie op veeteelt in de Noordoostpolder, waarin milieubelastende effecten middels modernisatie en innovatie worden opgelost. Eventuele uitbreiding van de veeteelt zal moeten worden gekoppeld aan duurzaamheidsmaatregelen.'

De landbouw zou zich volgens Hylke Hekkenberg (Pvda-GroenLinks) zodanig moeten ontwikkelen dat ze past binnen een circulaire economie, energie- en klimaatneutraal is, dierenwelzijn bevordert, ecologisch verantwoord is en veerkrachtig in kan spelen op ontwikkelingen in deze richting. Van Wegen: 'Hier liggen de uitdaging en de mogelijkheden tot innovatie voor de toekomstige agrarische sector.'

'De economie moeten we binnen de ecologische grenzen zien te brengen zodat de volgende generaties ook gezond en in welvaart kunnen leven.' aldus Juup Nijholt (SP). 'De wijze waarop we in de Noordoostpolder omgaan met stikstofuitstoot getuigt hier niet van. Dit geldt overigens ook voor de provincie en het Rijk.'

Naast een hoge emissie van stikstof kent de veeteelt andere nadelen, zo stellen de fracties van SP, Pvda-GroenLinks en D66. Zij wijzen op effecten op de volksgezondheid, uitbraken van dierziekten, toename van antibiotica resistentie van bacteriën, de bijdrage aan klimaatverandering (18% van wereldwijde uitstoot van broeikasgassen), ontbossing van regenwoud ten gunste van de productie van soja, dierenleed in de intensieve veehouderij en de bijdrage van vleesproductie aan het wereldvoedselprobleem. Hekkenberg: 'Deze nadelige effecten van de veeteelt moeten naar onze mening in kaart gebracht worden, door de gemeente erkend worden en onderdeel uitmaken van de besluitvorming rond het wel of niet toestaan van uitbreidingsmogelijkheden voor de veeteelt.'

De intensieve veehouderij zou naar de mening van de drie partijen in zijn geheel geen uitbreidingsmogelijkheden moeten krijgen. Deze vorm van dierenhouderij is niet verenigbaar met de duurzame landbouw zoals zij die voor ogen hebben.